Politie en boef tikspel

De kinderen spelen een tik- en verstopspel, waarbij de ene groep (de boeven) zich verstoppen op het bso terrein en de andere groep (de politieagenten) de boeven moeten proberen te vangen.

Voorbereiding

Bepaal vooraf waar je het spel wil gaan spelen. Het is belangrijk dat er voldoende ruimte is om te rennen en het is vooral leuk als er veel verstopplekken zijn. 

Maak een ‘gevangenis’ met 4 pionnen (dit mag uiteraard ook een bestaande plek zijn, zoals bijvoorbeeld een speelhuisje) Zorg er wel voor dat er genoeg ruimte is in de ‘gevangenis’ voor het aantal boeven dat je in het spel hebt. Bedenk daarnaast wat de bevrijdingsplek bij de gevangenis gaat worden (het is de bedoeling dat de “boeven”daar een tikje op kunnen geven).

Het is leuk om verkleedkleding van de politie klaar te leggen als je deze hebt, dan kunnen de kinderen zich echt helemaal inleven. 

Inleiding

Ga met de kinderen in gesprek over het beroep ‘politieman of -vrouw’. Alle kinderen weten waarschijnlijk wel wat de politie is. Weten ze ook wat de politie allemaal doet? Grote kans dat de kinderen zullen zeggen dat de politie boeven vangt. Dat klopt inderdaad, veiligheidszorg is de belangrijkste taak van de politie. Leg uit dat er in Nederland regels zijn (wetten) waar iedereen zich aan moet houden, bijvoorbeeld dat je niet mag stelen van een ander. De politie zorgt er voor dat iedereen die zich niet aan de regels houdt straf krijgt, door bijvoorbeeld een boete te geven of iemand in de gevangenis te zetten. Op die manier zorgt de politie er voor dat iedereen zich in Nederland veilig kan voelen. 

Kern

Vertel de kinderen dat we vandaag een spel gaan doen waarbij de kinderen zelf politieagent gaan spelen. De boeven gaan op de vlucht voor de politie en de politieagenten gaan ze proberen te vinden en in de gevangenis zetten. 

• Verdeel de kinderen in twee groepen: een groep politieagenten en een groep boeven. Zorg dat er iets meer boeven zijn dan politieagenten. 
• Wanneer je verkleedkleding hebt, kun je de politieagenten zich laten verkleden zodat zij zich helemaal kunnen inleven in hun rol. Wanneer je geen verkleedkleding hebt geef je de politieagenten een hesje of lintje, zodat zij herkenbaar zijn in het spel. 
• Leg de spelregels uit: Spreek eerst af wat het spelterrein is. De boef moet de politieagent tikken. Als de boef getikt is brengt de politieagent de boef naar de gevangenis (met de handen op de rug?). Laat daarbij zien waar de gevangenis is. 
• De boeven krijgen een paar tellen uitloop en mogen rennen en/of zich verstoppen over het afgesproken terrein.  

Als je het spel een keer gespeeld hebt en alle boeven gevangen zijn verzamel je iedereen bij de gevangenis en spreek je de volgende regels af: 

• De boeven mogen elkaar bevrijden door de afgesproken ‘bevrijdingsplek’ bij de gevangenis aan te tikken. Als het een boef lukt om de bevrijdingsplek aan te tikken, dan mogen alle boeven ontsnappen en weer meedoen in het spel. De politie mag niet op wacht staan bij de bevrijdingsplek. 
• Wanneer de bevrijdingsplek wordt aangetikt en alle boeven ontsnappen gaat er een ‘alarm’ af om de politie te waarschuwen. Dit alarmgeluid kun je maken met bijvoorbeeld een toeter, bediend door jou of een andere pedagogisch medewerker.
• Speel het spel nu nog één of twee keer. 

Afsluiting

Wanneer de politie alle boeven in de gevangenis heeft opgesloten is het spel afgelopen. Nu worden de rollen omgedraaid en spelen we het spel nog een keer! De boeven worden nu de politieagenten en andersom. 

Uitbreiding en variatie

Je kunt er voor kiezen om de politie wel op wacht zetten voor de gevangenis.

Je kunt er ook voor kiezen om twee gevangenissen te maken met 1 politie op wacht.

Je kunt het alarm ook door een ouder kind uit de groep laten bedienen.

Als de kinderen wat ouder zijn kun je meteen beginnen met de

Tips voor de begeleiding

Het is handig om je speluitleg bij de gevangenis te doen, dan kan je meteen laten zien wat de bedoeling is. Je kan ook twee kleuters even voor laten doen wat de bedoeling is. 

De kinderen spelen dit spel vrij zelfstandig. Jij loopt rond over het speelveld en begeleid het spel wanneer dat nodig is, door bijvoorbeeld een spelregel te herhalen, te zorgen dat de boeven in de gevangenis blijven staan en door het alarm af te laten gaan. Zorg er daarom wel voor dat je altijd de gevangenis in het oog hebt. 

Spreek indien nodig duidelijk met de kinderen af dat, wanneer zij als boef getikt zijn, zij zonder tegenstribbelen mee gaan naar de gevangenis. Zo voorkom je dat er geworsteld/gestoeid wordt bij een ‘arrestatie’ en kinderen zich bezeren. 

Als je het spel voor een tweede keer of meer speelt kan je de groepjes laten wisselen van samenstelling. Wie wil nu boef zijn? Wie wil nu politieagent zijn? Houdt wel de verhouding agenten en boeven in de gaten.