Aardappelhoofden

Vandaag gaan we een aardappelhoofd maken met echt groeiend haar van gras of tuinkers.

Voorbereiding

Zorg voor ieder kind voor een grote aardappel. Snijd van elke aardappel aan de onderkant een kapje af. Nu blijven de aardappels stevig staan. Doe ditzelfde aan de bovenkant en hol een stukje uit. Er moet wel een randje aardappel aan de zijkanten overblijven. Anders is het aardappelhoofd niet stevig genoeg. Het gat moet net groot genoeg zijn om er een stuk van een sponsje of wat watten in te kunnen doen. 

Zet de verschillende materialen klaar, bijvoorbeeld in bakjes. Zodat iedereen er goed bij kan.

Inleiding

Vraag of de kinderen Mister Potato Head kennen van Toy Story. Laat eventueel een plaatje zien. Wij gaan vandaag ook een meneer aardappelhoofd maken met echt groeiend haar!

Kern

Geef ieder kind een aardappel. Laat ze wat watten in het uitgeholde gat doen. 

Nu is het tijd voor de gezichten van de aardappelhoofden. Leg de kinderen uit hoe ze de materialen op het aardappelhoofd kunnen vastmaken.  Ze steken de knopen of kralen vast met de kopspelden of punaises. Maak duidelijke afspraken over het gebruik van de kopspelden en punaises en leg ze duidelijk uit dat en waarom ze hiermee voorzichtig moeten zijn. De kinderen maken ogen, neus en mond van knopen of kralen, of een mond van kruidnagels. Ze kunnen één knoop gebruiken of twee knopen op elkaar, een kleine knoop op een grote knoop. Of een mooie kraal. De kinderen mogen zelf kiezen welke materialen ze gebruiken. 

Met de pijpenraggers en het papier en karton kunnen ze de aardappelhoofden ook handen en voeten geven. 

Als ze met de aardappelhoofden klaar zijn mogen de kinderen het graszaad of tuinkerszaad op de watten strooien. Even natspuiten, en wachten maar tot het haar gaat groeien!

Afsluiting

Zet de aardappelhoofden op een lichte plek weg waar de kinderen goed zelf bij kunnen. De kinderen kunnen hun aardappelhoofd dan zelf in de gaten houden. Na een tijdje groeit er vanzelf haar op de aardappelhoofden!

Uitbreiding en variatie

Oudere kinderen kunnen eventueel zelf hun aardappelhoofd uithollen met een mesje of lepeltje. Doe voor hoe ze dit kunnen doen. En let op dat ze met de mesjes niet in hun vingers kunnen uitschieten. Laat ze bijvoorbeeld van zich af snijden (maar niet te dicht naar anderen!). 

Moeten de aardappelhoofden snel klaar zijn? De kinderen kunnen hun aardappelhoofd ook haar van mos geven, in plaats van tuinkers of gras. Dan zijn de hoofden meteen klaar.

De kinderen kunnen gewoon een grappig aardappelhoofd maken, maar ze kunnen ook verschillende typetjes maken. Bijvoorbeeld een vader en een moeder, een kind, een opa en een oma. Zo kunnen de kinderen hele aardappelgezinnen maken.

De kinderen kunnen ook dieren maken van de aardappels. En ze kunnen huisjes maken van andere groentes. Bijvoorbeeld een huis van een knolselderij, bomen van prei… Zo kunnen ze een heel groentendorp maken!

Je kan in plaats van een aardappel ook een plantenpotje of halve plastic fles vullen met aarde. Voor de bovenste helft vd fles eventueel een voetje van klei maken. Hier kan je ook een gezicht op maken en graszaad of tuinkers of bieslook op planten. Deze vorm is ook geschikt voor kinderen van 4-6.

Tips voor de begeleiding

Let op dat ze voorzichtig doen met de kopspelden. Stel de regel dat zodra er eentje per ongeluk toch valt ze deze meteen oprapen. Laat ze ook voorzichtig doen met de scherpe punten. Zeker kopspelden kunnen snel breken. Laat ze zien hoe ze deze er recht insteken. 

Je kunt kinderen eventueel ook attent maken op de verschillende verhoudingen in je gezicht. Waar zitten je ogen op je hoofd? 

Let op dat de aardappelhoofden voldoende water krijgen zodat de zaadjes kunnen ontkiemen. Ook bij kinderen die niet zo vaak komen. Dit kun je samen met de aanwezige kinderen doen. Ze mogen uiteraard ook weer niet teveel water hebben. Een klein (maat-)bekertje kan hierbij helpen. 

Je kunt de hoofden de eerste paar dagen afdekken met een beetje plastic (huishoudfolie). Dan blijven de zaadjes goed vochtig en groeit het haar wellicht wat sneller. 

Zorg dat de kinderen goed bij de spelden kunnen, dit voorkomt dat de bakjes snel omvallen. Verdeel de spelden daarom over meerdere bakjes.